Column: De Energielandkaart van Nederland

De energietransitie wordt een van de kernpunten van de kabinetsformatie als we het nieuws mogen geloven. Dat betekent vervolgens niet dat de energietransitie alleen een Haagse aangelegenheid is. Letterlijk alles en iedereen is nodig om de nationale klimaat- en energiedoelen te halen. Wat lokaal de beste oplossing is, kan vervolgens ook het beste lokaal worden bepaald. Er zijn niet alleen grote verschillen in de samenstelling van de woningvoorraad en de mate waarin ruimte of aardwarmte te benutten is voor energieopwek. Ook landbouw, bebossing en industrie staan er overal weer verschillend op. Pak een atlas of kijk in google maps en je ziet het. Het energielandschap in de ene streek is de andere niet. De acties uit de energieagenda zullen een eigen invulling moeten krijgen voor verschillende gebieden in Nederland, met betrokkenheid van degenen die daar wonen.

Begin maart deden gemeenten, provincies en waterschappen voorstellen voor de ruimtelijk-fysieke pijlers van een duurzaam Nederland in de vorm van een gezamenlijke Investeringsagenda. Het aanbod van de decentrale overheden heeft nog niet veel aandacht gekregen, maar verdient dat wel. De decentrale overheden bieden aan om samen met het Rijk, bedrijven, burgers en maatschappelijke organisaties te komen tot een nationale aanpak waar regionale programma’s deel van uit maken.

Iedere regio gaat aan de slag om aan de mogelijkheden in het desbetreffende gebied invulling te geven. In deze programma’s zullen de transitiepaden uit de nationale energieagenda als hoofdthema’s terugkomen. Energiebedrijven zien kansen in de economische uitdagingen die bij ieder pad horen en staan klaar om hun rol daarin te pakken. Omdat dit forse investeringen vraagt, geldt ook hier weer dat de ambitieuze doelen van de regio gepaard moeten gaan met voorspelbaar en stabiel beleid. Over een langere periode dan tussen twee verkiezingen in. De behoefte aan investeringszekerheid die ten grondslag heeft gelegen aan het nationale energieakkoord, is uiteindelijk ook in de regio’s een factor die het succes bepaalt.

De energietransitie gaat lokaal en regionaal verder invulling krijgen, dat is zeker. Doen we dat in samenwerking, met vooruitziende blik en met de nationale klimaat- en energiedoelen voor ogen…, dan vormt de optelsom daarvan een Energielandkaart van Nederland waar we voor een lange periode mee uit de voeten kunnen.

Janine Verweij

Directeur Energie-Nederland