Duurzaam energiesysteem

In Nederland wordt er intensief gewerkt aan een duurzaam, betrouwbaar en betaalbaar energielandschap, dit is essentieel voor onze maatschappij. We maken gebruik van hernieuwbare en koolstofvrije bronnen om de samenleving van energie te voorzien. Denk hierbij onder andere aan zon, wind, waterkracht, aardwarmte en biomassa. Een duurzaam energiesysteem gebruikt dus geen fossiele brandstoffen, zoals olie, steenkool en aardgas, omdat deze bronnen bijdragen aan klimaatverandering en eindig zijn. Een cruciaal aspect voor het succes van de energietransitie is het beschikken over betrouwbare en actuele informatie over de voortgang ervan. Op deze pagina vindt u informatie over de voortgang van Nederland naar een duurzaam, betrouwbaar en betaalbaar energiesysteem.

Energieverbruik 2022** (in %) – Bron: CBS

Wat gebeurt er met onze energie?

In 2022 was het primaire energieverbruik in Nederland 2712 petajoule (PJ). Dit was de totale energievraag van het land. Het grootste deel van de energie werd verbruikt door eindconsumenten. De in totaal 1633 PJ (60%) betrof bijvoorbeeld het verbruik van aardgas voor het verwarmen van huizen, motorolie of elektriciteit om de lichten van een bedrijf te laten branden. Dit verbruik wordt ook wel ‘finaal verbruik’ of ‘eindverbruik’ genoemd. Van de resterende 40% van het primaire energieverbruik, werd 16% gebruikt voor niet-energetische doeleinden; denk aan de productie van plastics uit olie. 16% van het verbruik betrof het verlies van energie bij de omzetting van de ene energiedrager naar de andere, zoals het omzetten van gas naar warmte. Verder werd 7% gebruikt bij het opwekken van energie (eigen verbruik) en was er 1% energieverlies tijdens het transport van energie.

Eindverbruik per energiedrager 2022** (in %) – Bron: CBS

Verandering in eindverbruik per energiedrager (in PJ) – Bron: CBS

Uit welke energiedragers komt de energie die we verbruiken?

Finaal verbruik verwijst naar de hoeveelheid energie die rechtstreeks wordt gebruikt door eindverbruikers, zoals bedrijven, woningen of diensten. De cirkeldiagram laat zien uit welke energiedragers het Nederlandse eindverbruik komt. Het gaat hier om energiedragers die rechtstreeks worden verbruikt door de eindconsument. Windenergie is bijvoorbeeld geen energiedrager, omdat dit niet rechtstreeks door een eindverbruiker wordt gebruikt. Windenergie is de energiebron. De elektriciteit die ermee wordt opgewekt, is de energiedrager. 

Het overgrote deel van het finaal verbruik bestond in 2022 uit de energiedragers aardolie met 893 PJ (43%) en aardgas met 569 PJ (28%). Op plek drie kwam elektriciteit met 373 PJ (18%) gevolgd door warmte met 154 PJ (7%). Nog eens 57 PJ (3%) was direct afkomstig uit hernieuwbare bronnen en kolen waren goed voor 1% van het finale verbruik. De 52 PJ hernieuwbare bronnen kwam in 2021 vooral uit biomassa (29 PJ), omgevingsenergie (16 PJ) en aardwarmte (6 PJ). 

Historisch zijn aardolie en aardgas de meest gebruikte energiebronnen. Het eindverbruik van aardolie stijgt de laatste jaren terwijl het verbruik van gas flink is gedaald. Het aandeel elektrisch in het finaal verbruik neemt langzaam maar zeker toe.

Elektriciteitsproductie per bron (in GWH) – Bron: CBS

Elektriciteitsproductie per bron 2022** (in %) – Bron: CBS

Waar komt onze elektriciteit vandaan?

In 2021 was elektriciteit met 385 PJ de op twee na grootste energiedrager in Nederland. Zo’n 33% daarvan kan als hernieuwbare elektriciteit worden beschouwd. In 2022 schoot dit aandeel omhoog naar 40%. Uit de lijndiagram is af te lezen welke bronnen worden gebruikt bij de nettoproductie van elektriciteit. Oftewel, de productie min het eigen verbruik van de energiesector. De grafiek laat overigens alleen de binnenlandse elektriciteitsproductie zien. Elektriciteit die Nederland importeert, is hierin niet meegenomen. 

Kolen en aardgas zijn lange tijd koplopers geweest voor de productie van elektriciteit. Het gebruik van kolencentrales is door de jaren heen fors afgenomen. Wind en zon hebben steenkool inmiddels ingehaald in de elektriciteitsproductie. Ook de komende jaren blijven deze twee bronnen groeien.  

Aardgas blijft de voornaamste bron voor elektriciteit. Tot 2020 nam het gebruik van aardgas voor de elektriciteitsproductie zelfs toe. De afgelopen 2 jaren hebben we juist een flinke daling gezien. 

Vandaag de dag levert aardgas met 40% dus nog de grootste bijdrage aan de elektriciteitsproductie. De duurzame bronnen zon, wind en biomassa zijn sterke concurrenten geworden. Samen zijn ze ook goed voor 40% van de productie van elektriciteit. 18% daarvan is afkomstig van windenergie, 15% van zonnestroom en 7% van biomassa. Kolen en aardolie zijn samen goed voor 15% van de elektriciteitsproductie en 3% wordt opgewekt door kerncentrales. 

In deze cirkeldiagram komt de elektriciteitsproductie niet volledig overeen met het eindverbruik uit elektriciteit. Er is namelijk geen rekening gehouden met de import en export van elektriciteit of met de energie die verloren gaat tijdens het transport ervan.

* voorlopige cijfers                                                                                                                         ** nader voorlopige cijfers